BOEK: Robert Maryks (red.), A Companion to Ignatius of Loyola

BOEK: Robert Maryks (red.),  A Companion to Ignatius of Loyola

De ambitie van deze Companion liegt er niet om. Maryks wil met deze bundel op zoek naar de historische Ignatius, zoals ooit Albert Schweitzer op zoek ging naar de historische Jezus. Dat kan niet zonder ontmythologisering. Want in de loop van de jaren zijn er stereotypen van Ignatius ontstaan, vaak door toedoen van jezuïeten zelf: de ultraorthodoxe Ignatius, Ignatius de ridder, Ignatius de generaal van de contrareformatie. Op dezelfde manier als het historische Jezusonderzoek wil dit boek de historische context van Ignatius en de wordingsgeschiedenis van de beeldvorming reconstrueren, om zo tot een uitgezuiverd beeld te komen van wie Ignatius was.

De ambitie van deze Companion liegt er niet om. Maryks wil met deze bundel op zoek naar de historische Ignatius, zoals ooit Albert Schweitzer op zoek ging naar de historische Jezus. Dat kan niet zonder ontmythologisering. Want in de loop van de jaren zijn er stereotypen van Ignatius ontstaan, vaak door toedoen van jezuïeten zelf: de ultraorthodoxe Ignatius, Ignatius de ridder, Ignatius de generaal van de contrareformatie. Op dezelfde manier als het historische Jezusonderzoek wil dit boek de historische context van Ignatius en de wordingsgeschiedenis van de beeldvorming reconstrueren, om zo tot een uitgezuiverd beeld te komen van wie Ignatius was.

Kapstok bij de eerste bijdragen zijn verschillende aspecten van het ontstaan van de Sociëteit: de heiligenlevens die Ignatius las; de contacten met de Spaanse alumbrados; de verschillende gevangenschappen en processen vanwege Ignatius’ vermeende heterodoxie; en de eerste gezellen. Hier wordt duidelijk wat de waarde is van historisch-kritische beschouwingen en van enige hermeneutiek van het wantrouwen. Zo wordt aannemelijk gemaakt dat Ignatius meer contact had met de verdachte spirituele vernieuwingsbewegingen in Spanje dan hij toegeeft en met hem de jezuïtische historiografie – ongetwijfeld uit zelfbehoud. Evenzo uit veiligheid stellen de oudste bronnen al dat de verdachtmakingen tegen Ignatius eerder te maken hebben met vijandigheid dan met Ignatius’ heterodoxie. Want in feite betekende bijvoorbeeld Ignatius’ nadruk op innerlijke verlichting wel degelijk een uitdaging van wat toentertijd gangbaar was en als orthodox gezien werd. We krijgen ook inzicht in het vrouwonvriendelijke karakter van de heiligenlevens van die tijd, in hoe Ignatius daar min of meer afstand van nam, en in hoe dat na Ignatius weer veranderde. Verder wordt overtuigend aangetoond hoe de eerste jezuïeten hun eigen geschiedenis herschrijven, namelijk door de rol van de eerste gezellen te relativeren en Ignatius op een voetstuk te heffen als de enige stichter van de Sociëteit.

De andere bijdragen handelen over bepaalde concepten en aspecten. Had Ignatius joodse wortels? Dat was in het Spanje van de zestiende eeuw niet ongewoon, maar ook niet onproblematisch. En hoe zit het met Ignatius als auteur? Er staan zeer veel teksten op zijn naam, zoals de Constituties en zeer veel brieven, maar het is duidelijk dat anderen die in feite neerschreven. Verder wordt Ignatius’ bestuur verkend. Weliswaar was het heel sterk uitgebouwd, met een intensief systeem van gecentraliseerde briefwisseling, maar anders dan de populaire beeldvorming bleef er daarbij ruimte voor flexibiliteit. Bovendien, de combinatie van innerlijke spiritualiteit én pragmatische organisatie lijkt heel modern. Er volgen nog enkele hoofdstukken over onder andere: Ignatius en Luther, Ignatius en Juan de Ávila, en het beeld van het “zelf” volgens Ignatius.

Het boek is duur, maar degelijk en de moeite waard. Het verschaft gedegen achtergrondinformatie bij de figuur van Ignatius van Loyola. Opmerkelijk is wel dat niet alle bijdragen even goed geschreven zijn. Gezien de historische band van jezuïeten en retoriek had het in dit boek niet misstaan om extra aandacht te besteden aan de vormgeving, met name in de vorm van heldere inleidingen en heldere conclusies. Maar een heel aardig pluspunt zijn de dertien gravures uit ongeveer 1600, die het geheel verluchtigen. Had daar een beschouwing over Ignatius’ visie op het gebruik van beelden bij gepast?

Ten slotte, de laatste hoofdstukken misstaan in de collectie: “Ignatian Spirituality and Buddhism” heeft niets te maken met historisch Ignatiusonderzoek, en dat heeft de receptie van het “type” Ignatius in seculiere literatuur evenmin. Dit boek schetst een beeld van Ignatius die niet boven zijn tijd zweeft, maar er deel van is, er veel aan dankt, en er soms worstelend zijn weg in vindt. Inderdaad minder mythisch, en daardoor misschien juist inspirerend.

De Companion to Ignatius is vooral relevant voor specialisten. Daarnaast zou het boeiende lectuur kunnen zijn – niet als inleiding, wel als verdieping – voor mensen die paus Franciscus interessant vinden en met hem de jezuïeten en (mede) founding father Ignatius. Hetzelfde geldt voor wie geïnteresseerd is in ignatiaanse spiritualiteit.

Jos Moons S.J.

Robert Maryks (red.), A Companion to Ignatius of Loyola: Life, Writings, Spirituality, Influence, Leiden/Boston, Brill, 2014, 345 blz.

 

Bekijk alle cardoner articles

Deel